Poëzie aan het einde van de regenboog

Het groepje ‘semi-jong’ van de Martinistam heeft een logboek in de vorm van een schatkist met gouden munten. Op groene klavertjes vier van papier staan in haiku’s verslagen van hun vertier. Eén is dadaïstisch geïnspireerd en beschrijft nagenoeg perfect het onthaastende karakter van NHW:
Auto’s rijden hard
Het hesje is oranje
Vroem, vroem, suist voorbij